Een verhaal over risico’s. Deel 3 – Materiaal

Een verhaal over risico’s (3/3)

Het laatste deel over risico’s. Deel 1 over kou, deel 2 over diepte kun je terugvinden op deze site. Ik hoop dat je het nog wel ziet zitten, met al deze risico’s en er nog een paar extra aan kunt. Lees nog even door, over risico’s en materialen!

Materialen

Elke duik die we maken vertrouwen we op onze materialen. Onze materialen maken het mogelijk om de onderwatersport uit te voeren, maar materialen kunnen falen, falen op verschillende manieren.

Een uitrusting bestaat een goed pak, een duikbril, vinnen, een middel om te trimmen, een automatenset, een duikfles en verder wat kleine materialen zoals een snorkel, mes, misschien een camera, lamp, etc. Welke materialen je mee neemt hangt af van je duik.

“Hoezo hangt het van de duik af welke materialen je mee neemt?” hoor ik je vragen. Ja, daar wil ik dat eens over na denkt! Hieronder enkele aspecten waarbij materialen een risico kunnen vormen:

  • Diepte: Fles. Je gaat een diepe duik maken. Is je fles geschikt voor deze duik?

Bij een diepe duik ga je veel gas verbruiken. Je bent met z’n tweeën (jij en je buddy) en maakt samen de duik. Tijdens de planning van de duik kom je er achter of je de duik met deze fles kunt maken. Maak je een duik waarbij er te weinig gas beschikbaar is om bij problemen veilig boven te komen, dan neem je een groot risico. Tijdens je duikopleiding heb je geleerd welke berekening je moet maken om te bepalen of je de duik op jouw fles kunt maken.
Houd er in ieder geval rekening mee dat je te maken kunt krijgen met een noodsituatie waarbij jij en je buddy samen van 1 set gebruik moeten maken. Voor de opstijging moet dan voldoende gas beschikbaar zijn om twee duikers met verhoogd luchtverbruik veilig naar de oppervlakte te begeleiden, inclusief de verplichtte stops die nog gemaakt moeten worden! Een verdubbeld luchtverbruik voor beiden is in dit soort situaties is zeer waarschijnlijk. Plan je duik zorgvuldig.

  • Kou: Automaten. Je duikt in koud water met een enkele eerste trap. Voor wie is de octopus?

Je gaat duiken in koud water. Je duikt met een automatenset met 1 eerste trap. Je loopt hier minimaal twee risico’s. Het eerste risico is bevriezing van een eerste trap. Als het de eerste trap van je buddy is geef je je buddy jouw octopus. Op dat moment verhoog je de flow door de eerste trap van je eigen automatenset. Omdat bij drukverlaging de temperatuur daalt, (P*V)/T=C, bestaat er dus een grotere kans dat jouw eigen eerste trap ook gaat bevriezen. Op dat moment zit je met 2 blazende automatensets en een echte noodsituatie.

De octopus is in deze situatie altijd voor je buddy. Volgens de laatste voorbeelden van de NOB zit de octopus ook niet direct voor je zelf op een bruikbare manier aan de slang (ondersteboven, gericht naar de buddy). Houd hier rekening mee.
Ondanks het verhoogde risico op bevriezen is de octopus dus voor je buddy. Zelf heb je geen grote kans dat de octopus voor jezelf werkt omdat bij bevriezen van de eerste trap de eerste trap zowel kan bevriezen in de open stand (blazend) of in de gesloten stand (dicht). Blaast de eerste trap dan zal de 2de trap snel daarna ook bevriezen. Bevriest hij in gesloten stand, dan krijg je zo wie zo geen lucht meer uit de octopus..
De kans op bevriezen in de dichte stand is groter als de automaten slecht onderhouden zijn of intern in aanraking geweest zijn met vocht/vuil.

Weet goed dat duiken naar grotere diepten de kans op bevriezing vergroot omdat temperaturen op diepte vaak lager zijn dan aan de oppervlakte. Bij watertemperaturen onder de 10 graden loop je een verhoogde kans op bevroren automaten.

Bovenstaande risico’s kun je verlagen door een tweede eerste trap en dus een tweede kraan op je fles(sen) te gebruiken. Bij bevriezing van een automaat kun je dan veilig de octopus afgeven zonder dat je een verhoogd risico loopt om direct je eigen eerste trap te overbelasten.
Technisch duikers geven dan hun primaire automaat af en stappen zelf over op een backup automaat. De primaire automaat werkt en heeft een zogenaamde long-hose, lange slang. De backup automaat hangt aan een korte slang onder de kin van de duiker.

  • Kennis van de uitrusting

Je duikt met een buddy die je goed kent of nog niet zo goed kent. Hoe goed je je buddy ook kent, het is altijd goed om goed naar de uitrusting van je buddy te kijken voordat je te water gaat. Kijk in dat geval goed naar hoe zijn uitrusting werkt. Heeft hij 1 of 2 eerste trappen? Uit welke eerste trap ademt je buddy normaal? Waar zit zijn octopus? Is deze vrij bereikbaar? Werkt deze? Met welk gas duikt je buddy? Hoeveel gas heeft je buddy bij zich? Waar draagt hij accessoires en welke? Vertel je buddy ook hoe jouw uitrusting werkt als dat nodig is!

Als beide duikers dezelfde uitrustingsstukken gebruiken en ook op de zelfde manier, dan verlaagt dat de kans op twijfel of fouten als er onderwater een situatie ontstaat waarbij je elkaar moet helpen.

  • Onderhoud en service

Automaten, kleppen en ventielen hebben onderhoud nodig. Tijdens de uitvoering van onze sport komen de uitrustingsstukken altijd in aanraking met het water. Zoet of zout, er zit altijd wel vervuiling in. Bij zout meer dan bij zoet. Als je zelf je materialen niet goed onderhoud (spoelen, schoonmaken, opbergen) vergroot je het risico op falen.
Automaten moeten jaarlijks een servicebeurt ondergaan. De kleppen van je stabjack of wing hebben onderhoud nodig maar niet verplicht jaarlijks. Flessen moeten elke 5 jaar gekeurd worden. Bij droogpakken is het van belang dat de seals goed onderhouden zijn en de inflator en ontluchter goed werken.

  • Kerstbomen

Een duiker die gekleed gaat als kerstboom is een risico. Een duiker als kerstboom is een duiker die naast zijn standaard uitrusting aan allerlei haken en bevestigingspunten allerlei accessoires heeft hangen. Onder water, als de situatie wat moeilijker word, zorgt dit voor problemen. Vraag je dan ook altijd af of je uitrusting niet te complex in elkaar zit en of je altijd bij je octopus en in- en deflator kunt.
Voorkom zwevende of loshangende uitrustingsstukken waaraan je eventueel vast of in verstrikt kunt komen te zitten.

Dit is het einde van het drieluik over risico’s. Ik hoop dat we een gezonde discussie kunnen starten over de punten die benoemd zijn. Praten over risico’s verlaagt de risico’s. De genoemde risico’s en de daar bij behorende oplossingen zijn niet compleet of bindend maar puur bedoeld om je aan het denken te zetten. Denken over hoe je voor je zelf en voor je buddy deze mooie sport veiliger en leuker kunt maken.

Deze serie is van de grond gekomen na het gruwelijke ongeluk waarbij 2 Nederlanders in het Duitse Hemmoor om het leven gekomen zijn. Zij hebben risico’s genomen. De exacte oorzaak word nooit bekend. Maar er zitten uit elk deel waarover ik geschreven heb zeker enkele risico’s bij die genomen zijn. Denk hier eens over na en bepaal voor je zelf of je de risico’s in de toekomst gaat nemen.

Als afsluiter nog 1 groot risico waar ik het nog niet over gehad heb en waar ik niet veel over ga zeggen. Een risico die voor zich zelf spreekt. “stoer-doen en er bij willen horen”. NIET doen!

Posted in Veiligheid and tagged .